Proeftuinnieuws

Foto: De kenmerken vermeld op de rassenlijst zijn grotendeels gebaseerd op de resultaten van de rassenproeven. Door de samenwerking van drie praktijkcentra (NPW, Inagro en APEF) levert dit onderzoek heel betrouwbare informatie op over nieuwe rassen. Tijdens de rasseninfoavond konden de aanwezigen de winterrassen uit het internationaal rassenonderzoek op de trekbak beoordelen.

Jaarlijks stelt het Technisch Comité van de Nationale Proeftuin voor Witloof de rassenlijst voor witloofhybriden samen. Deze lijst geeft een overzicht van de eigenschappen van de witloofrassen die momenteel in de handel te verkrijgen zijn. De evaluatie van de kenmerken van de rassen op de rassenlijst is gebaseerd op de resultaten van de internationale rassenproeven, aangevuld met ervaringen in praktijkomstandigheden. De gegevens van enkele eigenschappen werden verstrekt door de zaadhuizen. Je kan de rassenlijst 2016 terugvinden op www.proeftuinherent.be en bij de Witloof actueel van 7 maart op www.proeftuinnieuws.be.

Wijzigingen

Op de rassenlijst staan alle witloofrassen vermeld die in België verkrijgbaar zijn. Er zijn geen rassen geschrapt, het aangeboden rassenassortiment is zelfs uitgebreid. Hoquet heeft van Nunhems de ouderlijnen van de hybride Vintor gekocht, evenals de voorraden aan vermeerderd zaad. Hoquet stelt alles in het werk om in 2016 kiemkrachtige, goede zaden op te markt de brengen. Er zijn twee nieuwe rassen vermeld met hun proefresultaten: Daufine van Vilmorin en First Lady van Hoquet. In de vorige editie van de rassenlijst was First Lady nog vermeld zonder proefresultaten. Bij de rassen zonder proefresultaten staan in 2016 Manoline en OK 73R als nieuwe rassen voor het eerst vermeld op de lijst. Op vraag van het Technisch Comité werd de forceerperiode van Bingo ingekort tot half december. Voor meer informatie over deze rassenlijst kan je contact opnemen met de proeftuin via witloof@vlaamsbrabant.be of tel. 016/29 01 74.

Kiemproef

We raden iedereen aan om elk zaadlot met behulp van een kiemproef te testen. Je legt minstens 100 zaden in een schaaltje op een vochtig filterdoekje. Je sluit het schaaltje en plaatst het bij kamertemperatuur. Na drie dagen tel je de gekiemde zaden en bevochtig je het filterpapier. De overige zaden controleer je om de twee dagen. Tien dagen na de start van de kiemproef tel je de aantallen gekiemde zaden op. Door dit aantal te delen door het aantal zaden waarmee je de proef startte (bv. 100) en te vermenigvuldigen met honderd bekom je het kiemingspercentage. Dat zou minstens 90% moeten bedragen of overeenkomen met het kiemingspercentage dat op de verpakking of in de catalogus is vermeld.

In november en februari worden steeds een zestal hybriden in een witloofschuur geforceerd. Bij de oogst worden de opbrengst en het forceerrendement bepaald. Na een bewaarperiode worden de kroppen geëvalueerd op uitwendige en inwendige kropeigenschappen.

Bij de opstelling van een veldplanning kan je de rassenlijst als hulpmiddel voor je rassenkeuze gebruiken. Daarnaast kan je best zelf een jaarschema opstellen met de gewenste productie per periode (Tabel 1). In dit schema zet je de gekozen rassen volgens de periode waarin ze het meest geschikt zijn om te forceren. Daarna kan je bepalen welk volume wortels je nodig hebt en op welk perceel je de betreffende rassen kan zaaien. Het is belangrijk om niet af te wijken van de benodigde volumes. Een te groot of te klein volume van een bepaalde variëteit, kan ervoor zorgen dat de forceerperiodes van de variëteiten die nadien moeten worden verwerkt, te veel opschuiven. En hierdoor kunnen dan weer problemen opduiken van te veel of te weinig afgerijpt witloof. Hou bij het bepalen van de benodigde oppervlakte wortels rekening met de wortelopbrengst: sommige rassen hebben een duidelijk hogere wortelopbrengst dan het gemiddelde.

Auteurs: J. De Win, C. Van Ceulebroeck & J. Degreeff (NPW)